Cambodja, ook wel bekend als het Koninkrijk Cambodja, heeft een rijke geschiedenis die duizenden jaren teruggaat. Het oude Khmer-rijk, met als centrum Angkor, was een van de grootste en machtigste rijken in Zuidoost-Azië tussen de 9e en de 15e eeuw. Het stond bekend om zijn indrukwekkende tempels, waaronder de beroemde Angkor Wat.

In de tweede helft van de 19e eeuw werd Cambodja een Franse kolonie. Het bleef onder Franse invloed tot het land zijn onafhankelijkheid herwon in 1953 onder koning Norodom Sihanouk.

De meest tragische periode in de Cambodjaanse geschiedenis was de heerschappij van de Khmer Rouge van 1975 tot 1979 onder leiding van Pol Pot. Op 17 april 1975 veroverden de Khmer Rouge de hoofdstad Phnom Penh, waarna miljoenen mensen gedwongen werden naar het platteland te vertrekken. Het regime streefde naar een communistische landbouwstaat, waarbij de stedelijke samenleving werd afgezworen en iedereen in de rijstvelden moest werken. Mensen die als intellectueel werden gezien, zoals leraren en artsen, werden als vijanden beschouwd en vaak geëxecuteerd.

De Khmer Rouge voerde massamoorden, dwangarbeid, hongersnood en executies uit, wat resulteerde in de dood van ongeveer 1,7 miljoen mensen – bijna een kwart van de Cambodjaanse bevolking. 

De Khmer Rouge viel in 1979 na een invasie door Vietnam, maar de schade was enorm. De overlevenden droegen de fysieke en emotionele littekens van de genocide. Het land bleef onder een zwakke regering, en het herstel was traag door de verwoestingen die de Khmer Rouge had aangericht. De gevolgen van de Khmer Rouge-periode zijn vandaag de dag nog steeds zichtbaar, zowel in de Cambodjaanse samenleving als in de zoektocht naar gerechtigheid voor de slachtoffers.

Little Hearts